Kosten worden afgewenteld op mens en milieu

De documentaire geeft op indringende wijze een beeld van de uitdagingen waar de fashion industrie een oplossing voor moet vinden. Miljoenen mensen, vaak vrouwen in ontwikkelingslanden met weinig andere opties, vinden werk en inkomen in de kledingindustrie. Tegelijkertijd zijn de milieu en sociale omstandigheden van de productie in veel gevallen erbarmelijk en is er een cultuur ontstaan waarbij kleding soms als wegwerpartikel wordt beschouwd. In de ‘race-to-the-bottom’ wordt daar geproduceerd waar de prijs het laagste is. De werkelijke prijs voor kleding wordt afgewenteld op de meest kwetsbare actoren in de keten: boeren, werknemers en hun leefgemeenschappen in ontwikkelingslanden.

Systeemfouten in de textiel sector

Terecht wordt in de documentaire de problematiek geduid als een systeemfout [Richard Wolff]. Solidaridad streeft naar een duurzame en inclusieve economie. Om dit voor de fashion industrie te bereiken is een ingrijpende verandering nodig. Dit is een verantwoordelijkheid van alle betrokken partijen en kan alleen als die nauw samenwerken. Niet alleen de merken & detailhandel, maar ook maatschappelijke organisaties, overheden en consumenten moeten bijdragen. Concreet betekent dit verbetering van de productieomstandigheden, zoals fatsoenlijke betaling, goede arbeidsomstandigheden, veilige werkplekken en schone productieprocessen. Maar ook toewerken naar een circulaire economie (inzetten op hergebruik en recycling van kleding) en duurzame consumptiepatronen. Met name over dit  laatste punt wordt nog te weinig gesproken.

Innovatieve merken laten zien hoe het kan

In onze visie zijn de grote problemen zoals geschetst in de documentaire relevant voor alle segmenten en bedrijfsmodellen: luxe merken, merken in sportkleding, discounters, kleine en middelgrote merken, fast-fashion en volume gerichte retailers. Wij juichen het ontwikkelen van nieuwe op duurzaamheid gestoelde merken toe. Kuyichi, PeopleTree, Studio Jux, Mud Jeans zijn een frisse wind en inspiratie in deze sector.

Grote merken maken het verschil

De complexe en internationale structuur van de wereldwijde textiel sector, maakt het noodzakelijk om samen met vele partijen te werken aan duurzame verandering van de textielproductie. Voor sector transformatie hebben we schaal nodig naast innovatieve voorbeelden. Grote bedrijven hebben de meeste invloed om veranderingen in gang te zetten op de bovengenoemde drie onderwerpen:

  • verbetering van productieomstandigheden
  • circulaire economie
  • duurzame consumptie

Rampen als Rana Plaza, maar ook de bewustwording dat water, land en energie eindig zijn, hebben er mede voor gezorgd dat duurzaamheid onderdeel begint te worden van de bedrijfsvoering van internationale kledingconcerns. Het besef dringt door dat het oude model van ‘profit-at-all costs’ niet langer houdbaar is. Bedrijven als H&M, C&A en G-Star nemen hun verantwoordelijkheid met name op de eerste twee punten. Zij maken grote stappen waar het gaat om heldere doelstellingen, transparantie en investeringen om verbeteringen tot stand te brengen. Zij zijn de frisse wind die de hele sector in beweging kan brengen. Een bedrijf als Patagonia maakt belangrijke stappen ook op het derde punt van duurzame consumptie en is daarmee een voorbeeld in de sector.

Onderscheid maken tussen koplopers en achterblijvers helpt

Voor het debat is het nodig om de ernst en complexiteit van de problemen weer te geven en bewustwording te creëren. Op dat punt levert 'The True Cost' een belangrijke bijdrage. In het vervolg debat over oplossingen is het nodig om niet te generaliseren, maar helder onderscheid te maken tussen bedrijven die het verschil maken en minder vooruitstrevende bedrijven. Laat 'The True Cost' daarom vooral een oproep zijn aan de achterblijvers om in actie te komen.